Omtrent Boulez
Wederopbouwers en puinruimers
mrt 28 2015
Ravel en Debussy gaven rond 1900 een sierlijke draai aan het werk van hun voorgangers. Ze behoorden tot de laatste vertegenwoordigers van een inmiddels verdwenen muziekcultuur. De wereld waarin zij componeerden hield spoedig op te bestaan.
Vijftig jaar en twee wereldoorlogen later ontpopten Boulez en Stockhausen zich als radicale wederopbouwers – en puinruimers, want ze wilden muziek opnieuw uitvinden en alle sporen van de traditie uitwissen. Doorgaan op de oude voet achtten zij onmogelijk. Toch koesterden zij de erfenis van Debussy en Ravel: die waren evenzeer als zijzelf voortdurend op zoek naar nieuwe samenklanken en nieuwe timbres.
Volgens Boulez kon je in Debussy’s Prélude à l’après-midi d’un faune ‘het ontwaken van de moderne muziek’ horen. Die moderne muziek schreef hij vervolgens zelf – en net als Debussy en Ravel liet hij zich inspireren door de bijna trippy gedichten van Stéphane Mallarmé. Tezelfdertijd componeerde Stockhausen Refrain, een werk met een weelderige slagwerkpartij, wat destijds enorm exotisch gevonden werd.
Nu, weer een halve eeuw later, kun je je afvragen wie op dit programma het meest exotisch, avontuurlijk en modern is. Het hedendaagse oor is toegankelijker dan ooit. Alle hier gespeelde werken voldoen aan Debussy’s visioen van ‘vrije, beweeglijke muziek met voortdurend veranderende kleuren, vormen en ritmes’.
Artists
CLAUDE DEBUSSY
Prélude à l’après-midi d’un faune (bew. Benno Sachs)
PIERRE BOULEZ
Improvisation I sur Mallarmé: “Le vierge, le vivace et le bel aujourd’hui”
KARLHEINZ STOCKHAUSEN
Refrain Nr. 11
PIERRE BOULEZ
Improvisation II “Une dentelle s’abolit”
MAURICE RAVEL
Trois poèmes de Stéphane Mallarmé
ASKO|SCHÖNBERG
SLAGWERK DEN HAAG
dirigent Etienne Siebens
sopraan Katrien Baerts